Rb: Ivoorkust is geen veilige behandelomgeving PTSS en leverantieonzekerheid olanzapine

In de rapportage van 21 november 2017 heeft de behandelaar van eiser, in reactie op het BMA-advies van 5 oktober 20 17, aangegeven dat er sprake is van een hoog en concreet suiciderisico na terugkeer naar Ivoorkust. Dit suiciderisico is het gevolg van het feit dat eiser ernstig is getraumatiseerd in het land van herkomst. Als gevolg hiervan heeft hij grote angst om terug te keren naar het land waar hij deze traumatische ervaringen heeft opgedaan en mogelijk te worden geconfronteerd met personen die al dan niet zijdelings een rol hebben gespeeld in deze traumatische gebeurtenissen. Verder heeft de behandelaar aangegeven dat de eerdere conclusie van stichting Centrum '45 dat eiser zich ten grond zal richten als gevolg van exposure aan traumatische ervaringen bij terugkeer naar zijn land van herkomst nog steeds actueel is.

Naar het oordeel van de rechtbank heeft de behandelaar van eiser in haar rapportage van 21 november 2017 haar conclusie dat Ivoorkust voor eiser geen veilige behandelomgeving heeft toegespitst op de aard van eisers specifieke ziektebeeld en - aan de hand van de voorgedane gebeurtenissen in het land van herkomst die de klachten van eiser hebben veroorzaakt - heeft geconcretiseerd hoe die gebeurtenissen thans een effectieve voorzetting van de behandeling van de klachten van eiser in Ivoorkust onmogelijk maken. Gelet op deze concrete informatie, alsmede de omstandigheid dat in rechte vaststaat dat eisers asielrelaas geloofwaardig is, is de rechtbank van oordeel dat de BMA-arts zich in het aanvullend advies van 6 februari 2018 had moeten uitlaten over de vraag of, in aanmerking genomen de aard en het ontstaan van de psychische klachten, al dan niet aanleiding bestond gerede twijfel te hebben over de effectiviteit voor eiser van de in het algemeen verkrijgbare medische behandeling in Ivoorkust. Dit heeft de BMA-arts echter nagelaten.

Voorts stelt de rechtbank vast dat eiser blijkens de meest actuele medicatielijst in het BMA-advies van 5 oktober 2018 het medicijn olanzapine gebruikt. In bron B (BMA10663) van 2 februari 2018 bij het aanvullend advies van 6 februari 2018 staat het volgende over dit medicijn vermeld: 'available but currently experiencing supply problems, time of resupply is unknown' en 'needs to be ordered and is not in stock right now, time of resupply unknown'. Naar het oordeel van de rechtbank volgt hieruit dat het medicijn olanzapine op 2 febmari 2018 niet beschikbaar was, dat er op dat moment leveringsproblemen waren en dat het onbekend is wanneer het medicijn weer op voorraad is. Gelet hierop moet worden geoordeeld dat het aanvullend advies van 6 februari 2018 onvoldoende zorgvuldig tot stand is gekomen dan wel niet inzichtelijk en concludent is.

Rb Zwolle AWB 16/6050, 27.11.18