WBV 2018/10: NLs inreisverbod kan opgelegd worden aan statushouder in ander EU-land

Juridische ontwikkelingen geven aanleiding om de Vc aan te passen: indien een derdelander in het bezit is van een door een andere lidstaat afgegeven geldige verblijfsvergunning, staat dat niet in de weg aan het opleggen van een (zwaar) inreisverbod. Deze handelwijze wordt ingegeven door de wens om bij derdelanders die in het bezit zijn van een door een andere lidstaat afgegeven geldige verblijfsvergunning en waarbij er sprake is van ernstige openbare orde aspecten, te voorzien in de mogelijkheid de toegang tot Nederland voor langere tijd te ontzeggen ter bescherming van de samenleving.

Zware inreisverboden kunnen alleen nog worden opgelegd als er sprake is van een werkelijke, actuele en voldoende ernstige bedreiging van een fundamenteel belang van de samenleving. Beoordeling van asielgerelateerde aspecten, waaronder artikel 3 EVRM, dient derhalve ten volle plaats te vinden in het kader van dit inreisverbod.

WBV 2018/10, 20.9.18 in staatscourant 52887, 25.9.18
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2018-52887.html