Rb: terecht detentie gezin ondanks lopende art64 aanvraag

Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder in de maatregel van bewaring de belangen van eisers voldoende meegewogen en voldoende gemotiveerd waarom de bewaring noodzakelijk wordt geacht. In de maatregel van bewaring van eiseres heeft verweerder een verzwaarde belangenafweging gemaakt vanwege de minderjarige kinderen van eisers en gemotiveerd dat het in het belang van de kinderen is om bij hun ouders te blijven. Verder heeft verweerder de medische omstandigheden van eiseres meegewogen en gemotiveerd dat in de Gesloten Gezinsvoorziening een medische dienst en psychologische zorg voor haar aanwezig is.

Verweerder heeft verder ter zitting uitgelegd dat de artikel 64-procedure niet aan overdracht in de weg stond, omdat verweerder heeft geprobeerd de uitspraak van de rechtbank te vervroegen, zodat die uitspraak bekend zou zijn voor de nieuw geplande overdracht van 31 maart 2021. Verweerder heeft verder ter zitting toegelicht dat in het kader van een belangenafweging de bewaring van eisers is opgeheven vóór de uitzetting.

De rechtbank is van oordeel dat verweerder op het moment van inbewaringstelling zijn belangen zwaarder mocht laten wegen dan de belangen van eisers en dat verweerder geen lichter middel had hoeven toepassen dan de maatregel van bewaring. De beroepsgrond slaagt niet.

Rb Utrecht NL21.4259, NL21.4260, NL21.4261 en NL21.4262, 14.4.21
https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2021:15653