Rb: ‘actuele bedreiging’ na veroordeling afwegen bij Armenier, 27jr in NL met (klein)kinderen

Eiser is bij arrest van 8 maart 2005 door het gerechtshof te Den Haag veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twee jaar wegens poging tot doodslag, gepleegd in 2003. Het misdrijf waarvoor eiser is veroordeeld dateert dus al van meer dan 20 jaar geleden en er is sinds het plegen van dit strafbaar feit geen sprake geweest van recidive. Verweerder heeft in het bestreden besluit ook zelf geconcludeerd dat eiser niet langer een actuele en ernstige bedreiging voor een fundamenteel belang van de samenleving vormt.

De rechtbank betrekt bij haar oordeel over de belangenafweging tevens dat de procedure van eiser inmiddels lang duurt en eiser daardoor meer geworteld is in Nederland. Verder stelt de rechtbank vast dat verweerder erkent dat er sprake is van familie- of gezinsleven als bedoeld in artikel 8 van het EVRM. Eiser heeft in Nederland een zoon en twee kleinkinderen waarmee eiser gezinsleven uitoefent. Ook dit aspect is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende in de belangenafweging betrokken nu niet nader is gemotiveerd of, en zo ja, hoeveel gewicht verweerder aan dit gezinsleven heeft toegekend. Voor wat betreft de leeftijd van eiser, zijn band met Nederland en de beperkte band met Armenië overweegt de rechtbank dat verweerder in het bestreden besluit wel noemt dat deze aspecten zijn betrokken, maar dat niet inzichtelijk is hoe deze aspecten betrokken zijn en hoeveel gewicht aan deze aspecten wordt toegekend. Hiermee is de belangenafweging dus niet deugdelijk gemotiveerd.

Gelet op wat de rechtbank hiervoor heeft overwogen heeft verweerder niet deugdelijk gemotiveerd dat met de gemaakte belangenafweging sprake is van het vereiste van ‘fair balance’.

Rb den Haag AWB 23/4100, 4.3.24
https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2024:3391