Rb: geen bijstand gezinsnorm voor gezin met illegale partner

Niet in geschil is dat eiser vanuit de algemene en bijzondere bijstand ongeveer 90% ontvangt van de gezinsnorm. Eiser meent evenwel dat hij recht heeft op bijstand naar de norm van een gezin, omdat dit gelet op zijn gezinssituatie de adequate levensstandaard is. Dit is een voldoende feitelijk belang om procesbelang aan te nemen.

De rechtbank overweegt het volgende. De aan eiser toegekende bijstand is voldoende om te voorzien in het levensonderhoud van eiser en de kinderen. Het feit dat van de toegekende bijstand door eiser ook in het levensonderhoud wordt voorzien van zijn niet-rechthebbende echtgenote, maakt niet dat daarmee kan worden gezegd dat door de bepalingen van de Pw de kinderen onder de armoedegrens worden gebracht. Het is de keuze van eiser, hoe begrijpelijk dat ook mag zijn, om de aan hem toegekende uitkering niet alleen ten behoeve van zichzelf en zijn kinderen aan te wenden maar ook aan zijn illegaal in Nederland verblijvende echtgenote. 
Daarnaast kan de rechtbank er niet aan voorbij gaan dat weliswaar gezegd kan worden dat de gezinsnorm een gezin in staat stelt een adequate levensstandaard te hebben maar dat voor de minimale levensstandaard, de zogenaamde beslagvrije voet, 90% van de bijstandsnorm voor een gezin is vastgesteld. Dat daarmee niet in de opvoeding en verzorging van de kinderen kan worden voorzien, is dan ook niet aannemelijk.

Beroep ongegrond.
Rb den Haag AWB – 16/ 2470, 16.8.16
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2016:9626