De vreemdeling was ten tijde van de aanvraag weliswaar een asielzoeker, maar had toen al een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd en dus rechtmatig verblijf, waardoor hij in beginsel is aangewezen op voorzieningen die de gemeente verstrekt en niet op voorzieningen krachtens de Rva 2005 (zie artikel 11 van de Participatiewet). Dit is niet in strijd met de Opvangrichtlijn omdat ook met het recht op voorzieningen die de gemeente verstrekt, wordt voldaan aan de in artikel 17 van de Opvangrichtlijn neergelegde verplichting om materiële opvangvoorzieningen te bieden.
De grief faalt in zoverre.
RvS 202006165/1/V1, 22.10.21
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RVS:2021:2358