RvS: procederen over asielvergunning mogelijk, ook bij reguliere vergunning

In de VreemdelingenWet zijn gronden voor niet-ontvankelijkverklaring van een asielaanvraag opgenomen. Deze gronden zijn overgenomen uit artikel 33 van de Procedurerichtlijn (herschikking), en voorzien in de mogelijkheid asielaanvragen niet-ontvankelijk te verklaren, omdat al is voorzien in internationale bescherming in de zin van die richtlijn, of omdat internationale bescherming in Nederland niet nodig is.

Gelet op deze wijziging van de Vw 2000, is de Afdeling nu en anders dan voorheen van oordeel dat een vreemdeling moet kunnen procederen over de weigering om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen als hem al een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd is verleend. De vaste rechtspraak van de Afdeling is niet langer passend in de huidige Vw 2000. De Procedurerichtlijn biedt niet, buiten genoemd artikel 33 om, de mogelijkheid om asielaanvragen niet-ontvankelijk te verklaren of om andere reden niet te behandelen, omdat een vreemdeling al rechtmatig verblijf heeft op gronden die geen verband houden met de behoefte aan internationale bescherming.

De grief slaagt.
Het hoger beroep is kennelijk gegrond.
RvS 201803608/1/V2, 2.11.18
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RVS:2018:3582