Rb: Rijksgefinancierde opvang in Daalburgh voor kwetsbare ongedocumenteerde

Eiser heeft geen rechtmatig verblijf in Nederland. Eiser is op en af dakloos. Hii lijdt aan meerdere ernstige psychische stoornissen. Hij vertoont ernstig zelfbeschadigend gedrag. Hij is waarschijnlijk zwakbegaafd en er is sprake van verslavingsproblematiek. Een steunnetwerk voor eiser ontbreekt. Eiser is aangewezen op een vorm van begeleid wonen in een beschermde woonomgeving met passende ondersteuning en structuur. Over eiser heeft de Geneeskundige en Gezondheidsdienst {GGD) Amsterdam op 14 september 2017 een indicatie-advies uitgebracht. Het Forensisch Psychiatrisch Centrum Veldzicht (hierna: Veldzicht) heeft in een ontslagbrief van 1 september 2017 zijn bevindingen over eiser neergelegd. Eiser mag, op basis van een crisis-indicatie van de GGD, tijdelijk in Daalburgh blijven in afwachting van een beslissing van verweerder over opvang....

De rechtbank stelt vast dat de rechtbank verweerder meermalen heeft opgedragen, althans in ieder geval de gelegenheid heeft gegeven, om nader onderzoek te verrichten naar de vraag of de VBL een adequate opvangvoorziening voor eiser is gezien zijn medische beperkingen en of verweerder daarom – in het licht van de artikelen 3 en 8 EVRM – met het aanbod tot opvang aldaar kan volstaan. Verweerder heeft dat nader onderzoek niet verricht. Bij die stand van zaken moet de rechtbank ervan uitgaan dat verweerder de stellingen van eiser over de voorwaarden die aan de opvang van eiser moeten worden verbonden, niet langer bestrijdt en niet langer betwist dat opvang in de VBL van eiser in het licht van de artikelen 3 en 8 EVRM niet kan worden gevergd. Verweerder heeft ook niet onderzocht of onderbouwd dat opvang van eiser in Veldzicht/VBL mogelijk is en in het licht van de artikelen 3 en 8 EVRM een adequate opvang voor eiser kan vormen.

Verweerders standpunt dat eiser zelf een zorgverlener zou moeten bewegen tot het bieden van een woonomgeving die voor eiser gelet op zijn medische toestand adequaat is, brengt nog niet mee dat verweerder niet gehouden is aan eiser een vorm van opvang te bieden in het licht van de artikelen 3 en 8 EVRM. Uitgangspunt is immers dat eiser in deze zaak van verweerder adequate opvang wenst en niet om zorgverlening verzoekt.

Verweerder heeft niet bestreden dat opvang in de opvanglocatie Daalburgh van het Leger des Heils in Amsterdam voor eiser wel een adequate vorm van opvang is. Verweerder heeft meermalen geen gehoor gegeven aan hetgeen hem bij uitspraken van deze rechtbank was opgedragen. Ook in deze procedure heeft hij zich niet bereid verklaard onmiddellijk gehoor te geven aande oproep noodzakelijk onderzoek te verrichten. Eiser behoeft stante pede adequate opvang. Tegen die achtergrond ziet de rechtbank geen andere oplossing dan zelf in de zaak te voorzien door verweerder op te dragen eiser onmiddellijk op verweerders kosten op te vangen in opvanglocatie Daalburgh. indien plaatsing daar feitelijk onmogelijk blijkt, dient verweerder onmiddellijk opvang te bieden of te doen bieden in een vergelijkbare voorziening elders.

Beroep gegrond.
Rb Haarlem AWB 18/4519, AWB 18/448 en AWB 18/2886, 31.1.19


Rb: Rijk moet onderzoeken of VBL geschikte opvang is, nu er indicaties zijn van ongeschiktheid

(...) Uit het voorgaande volgt dat verweerder niet in alle gevallen waarin de vreemdeling bereid is te werken aan zijn terugkeer kan volstaan met een aanbod van onderdak in de VBL. Onder bijzondere omstandigheden zal hij voorafgaand aan dit aanbod door een medisch deskundige onderzoek moeten laten doen, wat er eventueel toe kan leiden dat verweerder de vreemdeling een aanbod van onderdak elders zal moeten doen.

Rb Amsterdam: AWB 18/2967, 28.1.19

Toelichting Pim Fischer: Essentie in deze uitspraak is dat zorg het uitgangspunt is, en dat de VBL geen adequate stabiele opvang is. Dan kan aan de staatssecretaris gevraagd worden om hulp bij onderdak.