Gerechtshof: geen plicht vingerafdrukken te geven

Verdachte wordt vervolgd wegens het niet meewerken aan het nemen van vingerafdrukken.

Het lex certa beginsel maakt dat voor de burger in voldoende mate voorzienbaar moet zijn in welke omstandigheden zijn gedraging strafbaar is. Art. 447e Sr stelt strafbaar het niet voldoen aan de verplichting om medewerking te verlenen aan het nemen van vingerafdrukken krachtens o.m. het Wetboek van Strafvordering (Sv). Artikel 55c lid 2 Sv wordt daarin niet expliciet genoemd. Artikel 55c lid 2 Sv geeft de ambtenaar in de omschreven gevallen de bevoegdheid om vingerafdrukken te nemen, maar daarin staat niet dat de verdachte verplicht is om zijn medewerking te verlenen. Voor zover het hof bekend is er geen HR-jurisprudentie waaruit volgt dat die verplichting er toch ingelezen moet worden.

T.a.v. het systeem van de wet is bovendien van belang dat het nemen van vingerafdrukken niet alleen geschiedt voor identificatiedoeleinden, maar ook i.v.m. de opsporing, vervolging en berechting van strafbare feiten, dus ook voor het feit waarvoor de verdachte wordt verhoord. Uitgangspunt is dat verdachte niet verplicht kan worden mee te werken aan zijn eigen veroordeling.

Het hof spreekt verdachte vrij.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (straf), 21-005646-15, 5.8.16
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHARL:2016:6348