Verweerder heeft de asielvergunning ingetrokken, omdat eiser onjuiste gegevens heeft verstrekt dan wel gegevens heeft achtergehouden terwijl die gegevens tot afwijzing van de oorspronkelijke aanvraag zouden hebben geleid. ….
Zoals uit de uitspraak van de hoogste bestuursrechter volgt, moet verweerder beoordelen of het achterhouden van de andere identiteitsgegevens doorslaggevend is geweest voor verlening van de vluchtelingenstatus. … Uit het dossier valt onvoldoende duidelijk op te maken wat de daadwerkelijke (doorslaggevende) reden is geweest voor het verlenen van de vluchtelingenstatus. Daar komt bij dat kort na de brief van eisers voormalige gemachtigde in 1992 de eerste aanvraag is ingewilligd, terwijl niet uit het dossier blijkt dat in die tijd nieuwe documenten of verklaringen aan de aanvraag ten grondslag zijn gelegd. Met de feiten en omstandigheden die nu bekend zijn, is voor verweerder dan ook niet adequaat te beoordelen of het achterhouden van de andere identiteitsgegevens doorslaggevend is geweest voor de vergunningverlening. De rechtbank komt daarom tot de conclusie dat verweerder onvoldoende heeft gemotiveerd dat het achterhouden van de juiste dan wel andere identiteitsgegevens doorslaggevend was voor het verlenen van de vluchtelingenstatus.
Beroep gegrond.
Rb den Haag NL25.15066, 20.10.25
https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2025:19764