Rb: niet te verifiëren documenten zijn niet perse vals

De rechtbank stelt vast dat zowel Bureau Documenten als het NFO tot de conclusie zijn gekomen dat de authenticiteit van de door eisers overgelegde documenten niet kan worden vastgesteld. Hier valt echter niet de gevolgtrekking uit te maken, zoals de staatssecretaris wel lijkt te doen, dat beide instanties hebben vastgesteld dat de documenten niet authentiek zijn. Zeker niet nu door het NFO, in tegenstelling tot Bureau Documenten, wel onderzoek heeft plaatsgevonden aan de hand van referentiemateriaal en is aangegeven dat enkele geconstateerde onregelmatigheden ook bij authentieke documenten voorkomen. Bovendien is door het NFO aangegeven dat het proces volgens welk brondocumenten in Egypte worden opgemaakt en afgegeven niet strak is omlijnd en in sommige gevallen zelfs variabel van aard is, hetgeen betekent dat indien verschillen worden vastgesteld hieruit niet zonder meer de conclusie kan worden getrokken dat een document vals is. Dat eiser deze stellingen van het NFO nader zou moeten onderbouwen volgt de rechtbank niet nu, zoals door de staatssecretaris ter zitting ook is toegegeven, het NFO beschouwd dient te worden als deskundig op dit gebied. De rechtbank constateert dat de staatssecretaris niet inhoudelijk is ingegaan op hetgeen door het NFO is aangegeven noch Bureau Documenten om een reactie heeft gevraagd.

Rb Groningen NL23.34993, 1.2.24
https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2024:1126