Rb: verblijf afhankelijke Kaap Verdiaanse oude moeder bij volwassen Portugese dochter in NL

De staatssecretaris heeft de aanvraag van vreemdelinge (1943) voor een art. 9 document afgewezen, omdat zij niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij in haar land van herkomst ten laste was van referente. Vreemdelinge stelt dat zij op grond van Richtlijn 2004/38/EG een afgeleid verblijfsrecht heeft van haar dochter (referente) met de Portugese nationaliteit. Uit vaste rechtspraak volgt dat in een situatie als onderhavige, waarin de vreemdeling al langere tijd in Nederland verblijft, de fictieve"ten laste van"-situatie in het land van herkomstdientte worden beoordeeld. In geschil is of vreemdeling in de fictieve situatie dat zij ten tijde van de aanvraag in Kaapverdië zou verblijven, ten laste zou zijn van referente.

Vreemdelinge heeft met stukken onderbouwd dat zij in de fictieve situatie dat zij ten tijde van de aanvraag in Kaapverdië zou verblijven, wel ten laste zou zijn van referente. Vreemdelinge heeft onder andere een uitdraai van Numbeo.com overgelegd met daarin informatie over de kosten van levensonderhoud in Kaapverdië.

De rechtbank overweegt als volgt. Hoewel deze website niet wordt beheerd door een overheid of een officiële (internationale) organisatie betekent dit niet dat aan de infonnatie geen betekenis kan worden gehecht. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking de rechtspraak van het Hof, waaruit blijkt dat de noodzaak van financiële ondersteuning kan worden aangetoond met ieder passend middel. Voorts betrekt de rechtbank hierbij dat de staatssecretaris zelf ook wel eens gebruik maakt van Numbeo.com. Naar het oordeel van de rechtbank geeft de uitdraai van numbeo.com voldoende inzicht in de kosten van levensonderhoud in Kaapverdië en is dit een passend middel om een inschatting op te baseren van de kosten van de basisbehoeften die vreemdelinge in Kaapverdië zou hebben. Met de door vreemdelinge overgelegde stukken heeft zij succesvol onderbouw dat zij in Kaapverdië ten laste zou zijn van referente. Het beroep is gegrond en het besluit wordt vernietigd.

Beroep gegrond.
Rb Rotterdam, AWB 20/3937, 4.10.21