RvS: bij gestelde Zambrano-situatie moet SVB geraadpleegd worden over verblijfsrecht ivm kinderbijslag

In aanmerking genomen de verantwoordelijkheid van de Belastingdienst/Toeslagen om het rechtstreeks werkende Unierecht toe te passen, dient de Belastingdienst/Toeslagen de gevallen, waarin een staatsburger van een derde land in de aanvraag om verstrekking van een kindgebonden budget aanvoert dat hij ingevolge artikel 20 van het VWEU een rechtstreeks verblijfsrecht heeft, voor te leggen aan de SVB. De SVB zal in overleg met de Immigratie- en Naturalisatiedienst moeten onderzoeken of deze staatsburger dit verblijfsrecht daadwerkelijk heeft. Stelt de SVB vast dat dit verblijfsrecht bestaat en daarom kinderbijslag moet worden betaald, dan wordt dat in het systeem van de SVB geregistreerd. Na deze registratie wordt automatisch een signaal aan de Belastingdienst/Toeslagen doorgegeven

[appellante] heeft in haar aanvraag om verstrekking van een kindgebonden budget betoogd dat zij de verzorgende ouder is van haar twee Nederlandse kinderen en daarbij een beroep gedaan op het arrest Ruiz Zambrano. Nu de strekking van dit betoog is dat [appellante] stelt een rechtstreeks aan het Unierecht ontleend verblijfsrecht te hebben, had de Belastingdienst/Toeslagen de SVB moeten raadplegen om vast te doen stellen of [appellante] dit recht heeft, alvorens een besluit over de aanvraag van [appellante] te nemen. Omdat de Belastingdienst/Toeslagen de SVB niet heeft geraadpleegd, is het besluit van 23 november 2013 niet met de vereiste zorgvuldigheid tot stand gekomen en ondeugdelijk gemotiveerd.

Het betoog slaagt. Het hoger beroep is gegrond.
RvS 201404232/1/A2, 27.5.15
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RVS:2015:1643