RvS vovo: nog geen recht op opvang tijdens vovo in beroep (asielzoeker met 10jr inreisverbod)

Het COa heeft er belang bij dat het afgewezen asielzoekers de opvang kan weigeren. De voorzieningenrechter acht het belang van het COa dat de aangevallen uitspraak wordt geschorst groter dan het belang van de vreemdeling dat de aangevallen uitspraak niet wordt geschorst zolang niet op het hoger beroep is beslist.

RvS 201801439/2/V1, 16.3.18
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RVS:2018:920

NB: De rechtbank overwoog : Het is eiser toegestaan de uitspraak op het verzoek tot het treffen van een de voorlopige voorziening in de beroepsfase in Nederland af te wachten. Op grond van de Opvangrichtlijn heeft eiser daarom aanspraak op opvang zolang hij de procedures gericht tegen het afwijzend asielbesluit en inreisverbod in Nederland mag afwachten. Dat eiser als gevolg van het afwijzend asielbesluit en het inreisverbod geen rechtmatig verblijf meer heeft in de zin van artikel 8 van de Vreemdelingenwet, maakt dat niet anders.

De Rva is dus strijdig met de Opvangrichtlijn voor zover de vertrektermijn al eindigt terwijl de asielzoeker nog in Nederland mag verblijven in afwachting van de uitspraak op zijn verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening en moet onverbindend worden verklaard.

Verweerder heeft de opvang van eiser niet op grond van deze bepalingen mogen beëindigen.
Rb den Haag AWB - 17 _ 13382, 24.1.18
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2018:655