Op grond van de informatie in het ambtsbericht concludeer ik dat ahmadi’s, christenen, afvalligen van het islamitisch geloof, hazara’s, lhbti’s en journalisten en mensenrechtenverdedigers nog altijd in bepaalde mate risico lopen om slachtoffer te worden van geweld en vervolging. Deze groepen blijven daarom aangemerkt als risicoprofiel.
Na het afzetten van de toenmalige premier Imran Khan, lopen ook leiders en leden van de partij, Pakistan Thereek-e-Insaf (PTI) in algemene zin een bepaalde mate van risico om slachtoffer te worden van geweld en vervolging. Om die reden heb ik besloten om leiders en leden van PTI op te nemen als risicoprofiel.
Verder heb ik op basis van de informatie in het ambtsbericht beleidsmatig aangenomen dat er in de provincies Balochistan en Khyber Pakhtunkhwa (KP) sprake is van de laagste gradatie (relatief lager niveau van willekeurig geweld) van een situatie zoals bedoeld in artikel 15 onder c van de Kwalificatierichtlijn.
https://open.overheid.nl/documenten/dpc-c0bec53a526caba746d15de26a4442ad461df320/pdf, 26.11.24